Design voor de Planeet
Design voor de planeet; een tentoonstelling over geo-engineering – bewuste ingrepen in de natuur, het vormgeven van de aarde door de mens en de wereld als object. Design Museum Den Bosch leidt je door verschillende kamers om het design én de geschiedenis van dit bijzondere fenomeen te laten zien.
Wij (Britt & Sanne) zijn er namens De Stadsreporters geweest en zijn in gesprek gegaan met de curator van deze tentoonstelling, Tomas van den Heuvel. Tomas heeft ons rondgeleid en meegenomen door de wereld van geo-engineering. Dit is de eerste tentoonstelling die Tomas zelf aan het museum heeft voorgesteld en tijdens ons gesprek met hem is meteen duidelijk hoeveel liefde, passie, tijd én, niet geheel onbelangrijk, kennis er in dit project is gestopt! Wanneer we een uur later naar buiten komen zijn we heel veel informatie en een leuke middag rijker. Persoonlijk vind ik weinig dingen zo leuk als luisteren naar iemand die overstroomt van passie en Tomas is zo iemand! Zo geeft hij zelf tijdens de rondleiding al aan “Soms, als ik aanga op een onderwerp, dan houd ik niet meer op.” “Alleen maar leuk!” Reageren wij hier meteen op. Als een soort duizendpoot houdt hij zich bezig met tal van taken rondom de expositie zoals schrijven, podcasts hosten, onderzoek doen en ons vol enthousiasme vertellen over de geschiedenis van geo-engineering.
Wij hopen jullie nu net zo mee te kunnen nemen, als Tomas met ons heeft gedaan!
Geo-engineering
Tomas begint zijn verhaal met vertellen over het ontstaan van geo-engineering en waarom het een onderwerp is dat hem aansprak voor een tentoonstelling. Het is voor hem persoonlijk een onderwerp waar hij al langer in geïnteresseerd is. Met zijn achtergrond in geschiedenis, zo ook Environmental history, zit er veel affiniteit met dit onderwerp. De geschiedenis van de relatie tussen mens en natuur en hoe kun je als historicus kijken naar klimaatverandering komen terug in de tentoonstelling.
De afgelopen jaren hoor je steeds meer over geo-engineering. Klimaatverandering loopt verder uit de hand en er gebeurt nog niet genoeg om het doel ‘klimaatneutraal in 2050’ te bereiken; 25 jaar op wereldwijde schaal is relatief weinig tijd. Het geluid dat daarom steeds vaker geopperd wordt, is onder andere om de aarde kunstmatig te koelen, of om te kijken hoe CO2 opgevangen kan worden. Het idee dat hierachter schuilt is dat de mens in de afgelopen +/- 100 jaar heel veel invloed heeft gehad op het klimaat en de CO2 die in de lucht hangt. Het geluid van geo-engineering gaat over de vraag of we met deze menselijke activiteit het klimaat dan ook moedwillig de andere kant op kunnen veranderen. Kunnen we expres aan de knoppen gaan draaien?
Het is een erg omstreden fenomeen en ook niet een zonder risico. Welke onvoorziene gevolgen brengen innovaties met zich mee? Wie mag deze beslissing nemen en welke beweegreden zit hier mogelijk achter? En wie mag, of moet, aan de rem trekken wanneer het misgaat? Dit zijn allemaal discussiepunten die aan bod komen tijdens de tentoonstelling, en waar we na afloop nog lang over door hebben kunnen praten.
In de tentoonstelling ‘Design voor de planeet’ wordt er gekeken waar het idee vandaan komt dat de mens aan de knoppen kan draaien en het klimaat zou kunnen bijstellen. De geschiedenis laat weinig bewijs zien dat dit realistisch is, de momenten waarop we het klimaat hebben veranderd waren namelijk per ongeluk. Kunnen we dit echt gaan sturen, of zal de natuur altijd sterker blijven dan de mens? En is dit misschien maar goed ook? De droom van geo-engineering heeft een lange geschiedenis en hier gaat de tentoonstelling over; de culturele geschiedenis ervan, over architecten met wilde dromen wanneer de wereld naar hun hand gezet kan worden en de blik van nu en de toekomst.
Hoe komt een tentoonstelling tot stand?
Wanneer een plan voor een tentoonstelling aangedragen wordt, gaat er nog een flinke tijd, en veel ogen en handen overheen, voordat deze ook daadwerkelijk te bewonderen is. Misschien is naast tijd, veel werk nog wel een betere term, want ze zijn er ongeveer een jaar mee bezig geweest. Dit is best snel, wanneer je kijkt naar alles wat er te zien en lezen is!
Allereerst moet de directie het eens zijn met het aangedragen onderwerp, er wordt dan gekeken of het bij het museum past. Wanneer dat officiële stukje gebeurd is, kan het creatieve werk gaan beginnen! Tomas heeft voor ‘Design voor de planeet’ alles samengesteld, hij heeft het onderzoek gedaan en de teksten geschreven, maar dit alles moet dan nog gerealiseerd en tastbaar gaan worden. Er komt daarna dan ook nog veel samenwerking aan te pas, bijvoorbeeld met de educatie-afdeling om te kijken hoe de tentoonstelling aantrekkelijk gemaakt kan worden voor kinderen en jongeren, maar ook over het ontwerp van een ruimte. Zeker bij dit moeilijke en abstracte fenomeen is dit nog een lastige taak, het is vooral beschreven en zijn niet altijd evenveel beelden over te vinden. Verschillende ontwerpers hebben meegedacht over hoe het gevoel in de zaal het beste overgebracht kan worden.
Bij deze tentoonstelling hebben alle thema’s een eigen wereldbol, waarmee je door de tentoonstelling en de wereld van geo-engineering wordt geleid.
Dromen of nachtmerries
Voor ons lijkt een rode draad door de gehele tentoonstelling te lopen. Namelijk het vermogen van verschillende ontwerpers om grootster dan de wereld zoals wij die kennen te kunnen dromen, en de nachtmerries waar deze dromen in zouden kunnen veranderen. Tomas vertelt ons bijvoorbeeld dat er theorieën zijn om de wereld te koelen door zonnestralingsbeheer. Er zou dan bijvoorbeeld stof verspreid worden in de stratosfeer, die ervoor zorgt dat zonlicht weerkaatst wordt. Een soort dystopische wereld zou ontstaan, waar de lucht niet meer blauw is en de zonsondergang een stuk intenser zou worden. De gevolgen hiervan? Die zijn nog onduidelijk. We grappen met Tomas over de ondergang van de dinosaurussen, want zo'n stofwolk, gebeurde dat ook niet na de befaamde meteorietinslag 66 miljoen jaar geleden? De onvoorziene gevolgen van de leiding nemen over de natuur worden in verschillende thema's besproken in de tentoonstelling.
Een belangrijk onderdeel van de expositie is de notie van het antropoceen, oftewel het tijdperk van de mens. Tomas vertelt ons dat de mens een soort geologische kracht is geworden in dit antropoceen (Nu horen we je denken, ‘Hey Tomas, wat is jouw favoriete periode van de aardrijkskunde?’ Gelukkig heeft hij ons dat vertelt: het Trias Jura Krijt, aka de tijd van de dino's. Ik sluit me daarbij aan). In de “eeuw van de mens” zijn landschappen die al miljoenen jaren geleden zijn ontstaan, in “minuten” door de mens veranderd. Dit wordt ondersteund door prachtige foto's van steengroeves, theeplantages en kolenmijnen van de Canadese fotograaf Edward Burtynsky. Het effect van de mens op het milieu is sinds de jaren 70 van de vorige eeuw een onderwerp van discussie.
Hoe de mens zich heeft verspreid over de wereld, en vooral hoe ze zoveel invloed heeft gekregen op de aarde krijgt ook een plekje binnen de expositie. Design Museum Den Bosch geeft je een kijkje in de geschiedenis van verschillende objecten die ontworpen zijn om controle te krijgen over de aarde. Deze objecten hadden vaak onbedoelde gevolgen waar de mens geen rekening mee had gehouden. Een voorbeeld hiervan is de Wardse kist, ontworpen in de 19de eeuw, die te zien is in de tentoonstelling. Maar wat is dat dan? Denk even aan je vrienden die nét op zichzelf zijn gaan wonen en wat zij allemaal hebben gekregen als housewarmingcadeau. Juist ja, zo'n mini ecosysteem glazen pot met kurk. Dat is het idee van een Wardse kist, een afgesloten kist waar planten in vervoerd konden worden over de hele wereld, in een mini ecosysteem. Dit lijkt een mooi idee, maar deze kist werd ook gebruikt door koloniale machten om zo economisch kostbare gewassen zoals rubberbomen op grote schaal te verbouwen, regelmatig met slavenarbeid. Daarnaast werden er insecten mee vervoerd die grote gevolgen hadden in het ecosysteem waar ze terecht kwamen.
Nog grootsere plannen worden uitgelicht in het volgende thema van de expositie, de papieren werkelijkheid. Hier worden ideeën getoond die op papier mooier lijken dan in het echt. Tomas vertelt ons over excentrieke architecten uit de 19de eeuw met wilde plannen om de Sahara te vergroenen en om van Afrika en Europa één continent te maken door de Middellandse Zee af te sluiten en te laten verdampen. De visie van deze tijd: zolang we genoeg blijven innoveren en de techniek zich blijft ontwikkelen, dan is het allemaal mogelijk. Én alles bekijken vanuit een koloniaal en economisch oogpunt, want een Sahara vol groene gewassen is voor de Europese kolonisten winstgevender dan een woestijn.
In het vierde thema richten we ons tot de hemel. Al eeuwenlang probeert de mens het weer te beïnvloeden, eerst via rituelen zoals de regendans en later door schieten met pijl en boog op wolken om zo de oogst te beschermen. Het idee – dat van het weer naar de hand van de mens te zetten – wordt geïllustreerd met ontwerpen zoals het hagelkanon, het strooien van droogijs op wolken, het weer inzetten als oorlogswapen, en de atoombom gebruiken om kanalen aan te leggen (die vervolgens nog steeds radioactief zijn). Nog steeds zien we deze thema's terug in populaire media. Denk bijvoorbeeld aan de film Twisters die eerder dit jaar te zien was, waar wetenschappers bezig waren met het manipuleren van tornado's.
Dit sluit mooi aan bij het vijfde thema, namelijk de rol van fantasie binnen geo-engineering. Tomas vertelt ons dat wetenschap belangrijk is, maar de manier waarop deze technologieën het publiek bereiken is minstens zo belangrijk. In sci-fi films wordt de ethische vraag achter geo-engineering vaak in beeld gebracht, want wat gebeurt er als er één iemand de macht heeft over alle knoppen? Spoiler alert: meestal loopt dit niet goed af. We kunnen onszelf dus afvragen wat het gevolg zou zijn als ontzettend rijke figuren als Elon Musk gaan investeren in geo-engineering projecten, en opeens veranderingen in gang kunnen zetten die effect hebben op de hele aarde. Deze gedachtespinsels krijgen ook aandacht in de expositie in de vorm van complottheorieën. Zo legt Tomas ons uit wat Chem trails zijn en wat HAARP is. Zeker de deep-dive waard.
Dit alles roept natuurlijk de vraag op; hoe gaan we onze planeet redden? En moet onze overheid of de VN hier dan niet iets van vinden? Tomas vertelt ons dat er ontzettend veel geïnvesteerd wordt in technologieën, zoals de mechanische boom. Deze vangt CO2 op en slaat dit op in water. Het gevaar hiervan is dat het ten eerste een gok is of deze technologieën daadwerkelijk gaan doen wat ze moeten doen én of het niet een excuus gaat worden om vrolijk CO2 uit te blijven stoten.
De boodschap van het laatste thema; dingen moéten veranderen als we de wereld willen redden. Zo doen er ontwerpers onderzoek naar manieren om minder technologie te gebruiken, of hoe historische natuur in de Noordzee weer hersteld kan worden. Ontzettend interessant en gelukkig een hoopvolle noot waar we mee eindigen.
Moet je gaan? JA!
Er gaat een nieuwe wereld open tijdens deze tentoonstelling! Er wordt een stem gegeven aan de geschiedenis en verschillende kanten van het door de mens geschapen fenomeen. Daarnaast krijg je de ruimte om ook zelf na te denken over het onderwerp en je mening te vormen aan de hand van een boel verschillende perspectieven. Er is ontzettend veel te zien en bespreken.
Wij vinden de expositie dan ook echt een aanrader om naartoe te gaan. Ontzettend bedankt voor de rondleiding Tomas! We hebben ervan genoten. De tentoonstelling is nog t/m 12 januari te zien in Design Museum Den Bosch. Op de website van Design Museum Den Bosch kun je nog meer informatie en een podcast over de thema's uit de expositie vinden.
Design Museum
Ben jij razend enthousiast geworden over de tentoonstelling "Design voor de Planeet"? Wil je weten wat voor exposities er nog meer zijn bij het Design Museum?