Design Museum geeft Stof tot Nadenken
Op 23 maart 2024 opende het Design Museum Den Bosch een nieuwe tentoonstelling genaamd: "Dance – design van een cultuur". De tentoonstelling zal tot en met 25 augustus 2024 te bewonderen zijn. Onze Stadsreporters Julie (26) en Imke (25) gingen een kijkje nemen bij de exposities
De expositie
Op de deuren staat het al met een duidelijke waarschuwing aangegeven: kom niet binnen als je epilepsie hebt. We kijken elkaar even met opgetrokken wenkbrauwen aan en lopen naar binnen. Lichtflitsen en een golf van geluid wassen over ons heen. Rechts van ons staat een groot kruis met muziekboxen waar een melodisch motief uit komt. Links van ons staat een kruis met stroboscopen. Ze flitsen onregelmatig en maken een geluid alsof aluminiumfolie wordt gerimpeld. We moeten er een beetje om lachen omdat het een overweldigende binnenkomst is. Gelukkig kunnen we de lichtflitsen achter ons laten als we de eerste kamer inlopen.
De expositie bestaat uit vier verschillende kamers die vanuit het verleden naar het heden de kijker meenemen in het verhaal van de elektronische dansmuziek. Van de Detroit techno scene die voortkwam uit bezuinigingen in het presidentschap van Ronald Reagan, naar de pilletjes die verkocht worden op het terrein van Mysteryland.
De eerste twee kamers voelen interactiever aan dan de laatste twee. Er hangen hoofdtelefoons waar we luisteren naar de discomuziek die de vroege techno heeft beïnvloed. Ook hangen er hoofdtelefoons bij de TV’s waar filmpjes op worden gedraaid die dieper ingaan op de inhoud van de kamer. We zijn blij met de keus om even een hoofdtelefoon op te doen en te focussen op de muziek of uitleg. De borden die rond de expositie hangen zijn feitelijk, in de filmpjes komen de emoties vrij. Het concept om zelf te kiezen of je meer verduidelijking nodig hebt past goed bij deze expositie. Je staat lang in een kamer als je kiest voor het bekijken van alle filmpjes, maar dat geeft het Design Museum ook aan. De expositie zou zo’n 60 minuten moeten duren.
Waar de eerste kamer de strijd laat zien van zwarte mensen om zich muzikaal te kunnen uiten, leggen de laatste drie kamers de gevolgen hiervan weer. Het is mooi om te zien wat voor instrumenten er worden gemaakt om elektronische muziek te ondersteunen, maar ook bijna gek om Dance een mainstream genre te zien worden. We benoemen het terwijl we tussen de gabberkleding en posters van raves lopen: we dachten dat elektronische muziek vooral een “witte cultuur” was. Het voelt bijna beschamend om te bedenken dat we bij het woord ‘techno’ meteen denken aan witte mensen die stijf van de MDMA op een festival staan.
Het Design Museum geeft erkenning aan de geschiedenis van de Dance cultuur. Het is een mooi overzicht voor iedereen die meer over de cultuur te weten wil komen. De kijker heeft stof tot nadenken, maar vooral een goede representatie van hoe de cultuur aanvoelt. Natuurlijk zie je het terug in de flyers, LP’s, instrumenten, tekeningen en oude concerttickets die het ‘design’ aspect van het museum eer aandoet. Maar ook in de constante melodieën en samples van drummachines die door de kamers heen dreunen. Het licht is gedempt tot het moment waarop je door de gang terug naar de uitgang gaat en in het licht van de stroboscopen loopt die ons sinds het begin al angst aanjoeg. We strompelen lachend met handen voor onze ogen terug.